Selecteer een pagina

Blog Hawaï

‘Vulkanisch Hawaï’

26 mei t/m 13 juni 2013

Honolulu

‘Als ik m’n ogen toe doe, ben ik in Honolulu.’

Aldus Jules Deelder. Was het maar zo makkelijk. Je moet er wat voor doen om in Hawaii te komen; eerst is het tien uur vliegen naar Chicago, daar is het overstappen op een vliegtuig naar Los Angeles en dan moet je nog eens zes uur vliegen naar Honolulu. Het wordt toch eens tijd om dat gat door het middelpunt van de aarde te boren (al zou je vanuit Nederland dan ten zuidoosten van Nieuw-Zeeland uitkomen). Met het overstappen meegerekend komt dat op 24 uur reistijd, al was ik wel nog steeds op zaterdag 25 mei op O’ahu. De dag die je wist dat geen einde aan zou komen, of zoiets. Niettemin, twaalf uur tijdsverschil gaat je niet in de koude kleren zitten.

Zou Jules Deelder trouwens ooit in Honolulu zijn geweest? Ik betwijfel het. Anders zou ie wel een mooiere stad hebben gekozen die ook in het metrum paste. Natuurlijk, Honolulu heeft Waikīkī, één van de beroemdste, maar zeker niet mooiste stranden ter wereld en een boulevard – de Kalākaua Avenue – die bol staat van de flagship stores van Quicksilver, Billabong en Volcom. Ze worden afgewisseld door de alomtegenwoordige ABC Store; een keten die grossiert in beeldjes van dansende hoelameisjes, nep tikimokken en Hawaii shirts. Samen met de metershoge nep tikibeelden dragen ze bij aan het imago van Hawaii’s beroemdste strand als Waikikitsch.

Oahu

Waikīkī Beach

Maar als je door de kitsch heen prikt, is Waikīkī heel aardig om doorheen te lopen. Het strand is prettig, de winkels zorgen voor een jetsetsfeertje en de palmbomen dragen bij aan de vakantievreugde. Zolang je je niet teveel stoort aan de Japanners die de stad hebben overgenomen (zowat elke winkel heeft een bordje hangen met de mededeling ‘we accept yen!’) en je er tegen kan om ineens een camera of smartphone in je handen geduwd te krijgen met de toevoeging ‘you take picture’, om vervolgens vragend naar een scherm met Japanse tekens te kijken.

Waikiki Beach in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

En loop niet te ver door in oostelijke richting; dan kom je namelijk al gauw in één van die gebieden in Honolulu terecht die door de zwervers in bezit is genomen. Hawaii is namelijk verworden tot een dumpplaats voor zwervers. Letterlijk. Oud-collega Tom, sinds een jaar woonachtig op O’ahu, had me het verhaal verteld toen hij me op had gehaald van het vliegveld: de Amerikaanse overheid struint geregeld de straten van grote Amerikaanse steden af op zoek naar zwervers met de vraag of ze niet liever ergens zouden zwerven waar het heel het jaar door warm is. Daar kan namelijk voor gezorgd worden. Wij betalen je vliegticket naar Hawaii: enkele reis. En zo kan het gebeuren dat Honolulu naar verhouding bijzonder veel daklozen telt die als de schemering valt allemaal het park ten oosten van Waikīkī induiken. Of ze bivakkeren langs een van de doorgaande wegen aan de westkant van de stad. Toen ik op de eerste dag van mijn vakantie richting Pearl Harbor reisde, zag ik een schier oneindige rij tenten langs de weg staan.

Zonsondergang op Waikiki Beach in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Honolulu

Maar buiten Waikīkī is Honolulu niet echt mooi te noemen. Daarvoor telt de stad simpelweg teveel ongeïnspireerde betonblokken. Wat heet: het is een aaneenschakeling van vakantieresorts, appartementencomplexen, winkelcentra en verkeersknooppunten en dat allemaal in een foeilelijke, brutalistische stijl. They paved paradise and put up a parking lot, Joni Mitchell zong het over Honolulu. Ze had gelijk.

Iolani Palace

Downtown Honolulu is een gebied bestaande uit het ‘Iolani Palace, de officiële koninklijke residentie tot de Amerikanen in 1893 Hawaii annexeerden (hoewel het eigenlijk een coup was)

Kawaiaha’o Church

Je hebt er ook de Kawaiaha’o Church.

Kawaiaha 'o Church in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Mausoleum van koning Lunalilo

Bij de Kawaiaha’o Church vind je het mausoleum van koning Lunalilo.

Het Mausoleum van Koning Lunalilo in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Hawaii State Capitol

En dan de Hawaii State Capitol. De State Capitol is redelijk uniek; het is één van de drie Amerikaanse state capitols zónder koepel of rotunda (Alaska en New York zijn de andere; Louisiana is een twijfelgeval). Hoe modern het gebouw ook mag ogen (en het wordt niet echt mooi gevonden), er zit wel degelijk een symboliek in, zo staan de acht pilaren aan de voorkant en achterkant van het gebouw voor de eilanden van de staat. Het mag dan downtown heten, eigenlijk is het er altijd rustig, zelfs doordeweeks.

Het State Capitol in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Bishop Museum

Toch heeft de stad voldoende interessants te bieden. Het heeft twee van de beste musea van de archipel: allereerst het Bishop Museum, een complex bestaande uit verschillende panden waarin de geschiedenis van Hawaii wordt besproken. Natuurhistorie, cultuur en het vulkanisme spelen daarbij een grote rol. Het is een prachtig museum waarbij vooral de geschiedenis van de Polynesiërs in de Hawaiian Hall indruk maakt. In een ander pand bevindt zich de Polynesian Hall met alle artefacten uit de andere eilandengroepen uit de Pacific, maar die is helaas gesloten wegens verbouwing.

Het Bishop Museum in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Honolulu Museum of Art

En zoals elke zichzelf respecterende grote stad heeft ook Honolulu een Museum of Art. Natuurlijk kan de stad niet wedijveren met de collecties van soortgelijke musea in New York, Chicago of Boston, maar het museum heeft wel mooie werken van Gauguin, Van Gogh, Monet, O’Keeffe en Van Goyen. Daar ligt niet eens de kracht van het museum, dat zit ‘m in de collectie met schilderijen die in Hawaii zelf zijn gemaakt. Veel westerse kunstenaars vertrokken in de negentiende eeuw naar Australië, Nieuw-Zeeland of Oceanië om de overweldigende natuur in beeld te brengen. Een zaal herbergt de schilderijen en hoewel er in de kunstgeschiedenis beter is geschilderd, is het fascinerend om bijvoorbeeld Waikīkī aan het einde van de negentiende eeuw te zien, toen het niet meer dan een paar gammele houten huisjes telde.

Het Museum of Art in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Pearl Harbor

De grootste toeristische trekpleister van O’ahu is Pearl Harbor, de legerstek waar op 7 december 1941 een grote Japanse aanval plaatsvond, tot 9/11 de grootste aanslag op Amerikaans grondgebied. In de ochtend werd in twee razendsnelle aanvallen van ieder een uur de Amerikaanse vloot een grote slag toegebracht door de Japanners. Vooral het zinken van de USS Arizona waarbij 1177 doden vielen staat de Hawaiianen nog op het netvlies gegrift. In Pearl Harbor wordt dat alles betrekkelijk neutraal herdacht. De geschiedenis van Japan en de Verenigde Staten in de eerste helft van de twintigste eeuw wordt besproken en er wordt uitgelegd waarom beide landen vonden dat ze aanspraak konden maken op de eilanden. De verklaring voor de genuanceerde uitleg is vooral pragmatisch; ook Japanners bezoeken massaal Pearl Harbor.

Pearl Harbor in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

USS Arizona Monument

Op het wrak van de USS Arizona is overdwars een wit monument gebouwd. Je komt er niet zomaar, enkel met een kaartje dat gratis is af te halen en dat op gezette tijden een boot met belangstellenden overzet. Voorafgaand aan die tocht krijg je eerst een introductiefilm van een half uur voorgeschoteld. Die is in al z’n eenvoud indrukwekkend. Een vrouwelijke park ranger vertelt sec over de gebeurtenissen van 7 december 1941 en wijst de bezoeker er nogmaals op om zich op een respectvolle manier op het monument te gedragen. Het ís nochtans een begraafplaats en wordt ook tegenwoordig als zodanig gebruikt; eind vorig jaar nog heeft een oud-militair z’n as na z’n dood bij het wrak laten verstrooien.

Het USS Arizona Memorial in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Honolulu heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze stad, klik dan op de knop:

Diamond Head Vulkaan

Aan de oostkant van Honolulu ligt een machtige krater: Diamond Head. Het is overduidelijk een oude vulkaan, die tienduizend jaar geleden voor het laatst is uitgebarsten, wat volgens kenners erop wijst dat een eruptie in de toekomst best mogelijk is. De oorspronkelijke bewoners gebruikten de top van Diamond Head als baken voor kano’s. Voor hen was het een heilige plek en werden er diverse heiau’s omheen gebouwd. Voor het Amerikaanse leger had de krater minder spirituele waarde en zij gebruikte het dan ook als wapenopslagplaats. De naam Diamond Head komt van zeevaarders die in de grond van alles zagen glinsteren en zich al rijk rekenden. Viel tegen, het bleek waardeloos kristal te zijn.

De Diamond Head Vulkaan in Honolulu op het eiland Oahu, Hawaï

Een bezoek aan Diamond Head behoort al sinds de negentiende eeuw tot een verplicht nummertje voor elke bezoeker aan Honolulu. Schrijver Mark Twain maakte tijdens zijn bezoek aan Hawaii een reisje naar de rand van de krater en schreef er een hilarisch verhaal over. Hij deed de reis te paard, tegenwoordig pak je de bus naar de buitenkant van de vulkaan en loop je door een tunnel naar de krater. Daar is een pad dat de duizenden bezoekers al zigzaggend naar boven leidt. Het heeft de voorkeur om zo’n tocht vroeg op de dag te doen, maar dat zat er in mijn geval niet in. Het beloofde dus een nogal zweterige onderneming te worden. Althans, een Japanner die me tegemoet kwam toen ik aan kwam lopen bij de ingang van de tunnel duwde me een snoepje in de hand en zei er plechtig bij dat ik die nodig zou hebben.

Het viel mee. Het pad naar de top van Diamond Head is niet moeilijk; een beetje geoefende wandelaar is binnen het uur bij de top. Zeker omdat je dichtbij de top eigenlijk aan het traplopen bent, onder andere door een donkere (en redelijk koele) tunnel. Voor de rest is het heet, maar op de top word je getrakteerd op vergezichten rond O’ahu: de diepblauwe oceaan, Waikīkī en het binnenland van het eiland.

De Diamond Head Vulkaan heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze vulkaan, klik dan op de knop:

Winkeltjes

Wil je weg van de drukte, de hitte en de luchtvochtigheid? Een dagje naar The North Shore is een perfecte besteding. In de dorpjes, vaak bestaande uit niet meer dan één veredelde hoofdstraat met een hoop kleine winkeltjes die overheerlijke smoothies of shaved ice verkopen, hangt een relaxte sfeer. De kust heeft mooie stranden en in de winter is dit de plek waar de hoogste golven worden gemeten. Het is het paradijs voor surfers (Jack Johnson komt er vandaan) en het is de beste plek om de sport te leren.

Surfing Surfing

Dat surfen wilde ik wel eens proberen; je bent immers niet in Hawaii geweest als je niet minimaal één keer op een surfplank hebt gestaan. Aangezien ik een complete nul ben op sportgebied was ik vooraf wat huiverig toen onze surfleraar TJ vertelde dat ie iedereen aan het einde van de les zeker een aantal meters op de surfplank kan laten staan. ‘Jaja,’ dacht ik, ‘dan heb je buiten een compleet non-talent als mij gerekend.’

Laat ik het erop houden dat ik inderdaad geen talent heb. Helaas. Maar TJ heeft wel woord gehouden: tijdens de les is het me een paar keer gelukt om, terwijl een golf me voortstuwde, op de plank te klimmen en tientallen meters redelijk stabiel te blijven staan. En áls dat lukt, dan is het een goddelijk gevoel. Goddelijk inderdaad, iets waar de missionarissen indertijd overigens niet blij mee waren; zij verboden het surfen, omdat enkel Jezus over water kon lopen. Gitarist Dick Dale, zelf fanatiek surfer, zei toen ie surfmuziek ging spelen dat ie het geluid wilde produceren dat ie hoorde als ie op een surfplank staat. Gedurende die enkele ogenblikken dat ik zelf op de plank stond begreep ik wat ie bedoelde. Luister naar Misirlou en je hoort hoe surfen voelt.

Het eiland Oahu heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over dit eiland, klik dan op de knop:

Maui

‘You’ll love Maui.’

De taxichauffeur die me vanuit Kahului International Airport naar de Banana Bungalow in Wailuku bracht was gedecideerd. Ik had net ervoor verteld dat O’ahu weliswaar interessant en Waikiki bijzonder vermakelijk was, maar dat ik Honolulu vooral lawaaiig, heet en vochtig vond. Mijn praatgrage chauffeur verzekerde dat Maui een stuk beter is: meer wind en niet zo vochtig. Ik vroeg ‘m naar de radio, waarop ukelelemuziek te horen was. Of alle radiostations constant Hawaiiaanse muziek speelden? ‘Nee,’ was zijn antwoord, ‘maar toeristen willen nu eenmaal Hawaiiaanse muziek horen.’

Banana Bungalow

Hij had gelijk. Ik ging van Maui houden. Van de laidback sfeer en van de natuur maar nog het meeste van de Banana Bungalow. Banana Bungalow komt dicht in de buurt van hostel heaven. Zeker na het zweterige Waikīkī was de Banana Bungalow niets minder dan Hostel Heaven. Een hostel annex low budget hotel waar jong en oud gemakkelijk met elkaar mixen in de grote tuin achter het pand. Elke morgen mag je zelf pannenkoeken bakken (niet dat mijn baksels ook maar in de buurt komen van de duimdikke pannenkoeken die je in een Amerikaans restaurant voorgeschoteld krijgt. Die van mij leken meer op de half mislukte flensjes die ik hier zelf in Nederland brouw) voor ontbijt en elke dag word je als bezoeker getrakteerd op dagtrips naar alle uithoeken van het eiland.

Het Banana Bungalow Hostel op het eiland Maui, Hawaï

Dagtrips

Vooral dat laatste is een slimme zet; Wailuku is nauwelijks het bezoeken waard als toerist (al herbergt het in het Bailey House een bijzonder aardig museum) die al snel liever zou uitwijken naar toeristische hotspots als Lahaina maar door de gratis tours van het hostel is de low budget reiziger maar wat graag bereid om in Wailuku te bivakkeren. Elke dag kan je als bezoeker intekenen op een lijst die in de gang hangt en word je een deel van het eiland getoond. Dat kan een volledige dagtour zijn, zoals een bezoek aan de Haleakalā, de vulkaan die verantwoordelijk is voor 75% van het grondgebied van het eiland, de Road to Hāna, een honderden bochten en tientallen bruggen tellende weg aan de oostkant van het eiland waarbij je onderweg kunt genieten van mooie stranden en prachtige watervallen, of een middagje naar Little Beach, een hippiestrand aan de zuidkant van Maui. Het enige wat van je wordt gevraagd is dat de chauffeur van het minibusje een fooi van ongeveer twintig dollar krijgt. Een schappelijke prijs; een commerciële touroperator vraagt met gemak 150 dollar voor eenzelfde soort reis.

Maar als bezoeker moet je wel goed bij de les blijven. Als vuistregel hangt de leiding van de Banana Bungalow de lijst voor de tour van de volgende dag pas op als de groep van de tour van die dag is vertrokken. Zo krijgt iedereen een gelijke kans om aan een tour deel te nemen. Om zeker mee te kunnen op de tocht door de krater van de Haleakalā zat ik de dag ervoor ‘s morgens dus geregeld te checken of de nieuwe lijst er al hing, toen twee minuten nadat de groep voor die dag was vertrokken de lijst er ineens bleek te hangen en niet alleen dat, hij was ook al bijna vol; ik had nog net de laatste plek te pakken.

Haleakalā Vulkaan

Er is geen toer felbegeerder dan die van de wandeling door de Haleakalā. Begrijpelijk. De vulkaan is officieel slapend, want voor het laatst uitgebarsten ‘ergens tussen 1500 en 1790’, wat geologisch gezien gelijk staat aan gisteren of, nog beter, een paar uur geleden. Het maanlandschap bovenop de top is prachtig. Het is kaal, met veel bruin en roodkleurig zand. De wandeling door de krater is ongeveer twaalf mijl: vier mijl grotendeels naar beneden, dan ongeveer vier mijl vlak en de laatste vier mijl weer omhoog. Dat de wandeling vandaag doorgaat is nog een geluk, want van de vorige vier weken ging de tocht drie keer niet door. De vierde keer keerde de groep aan het einde van de dag doorweekt van de regen terug. Vandaag is het weer prachtig; er is wel wat bewolking, maar die hangt laag. Sowieso sta je op de top van de Haleakalā vandaag boven de wolken. Hier heb je een prachtig blauwe lucht en – ‘s avonds althans – een snijdend koude wind.

De Haleakala Vulkaan op het eiland Maui, Hawaï

In de krater is het grotendeels windstil. De zon heeft er vrij spel en de natuur beperkt zich tot zand en grote rotsblokken. Er zijn wel wat planten en dieren te vinden, waarvan er twee inheems zijn. De silversword, een bizarre, uiterst zeldzame plant die enkel hier groeit. Het is een bol van zilverkleurige (maar als je goed kijkt zie je ook blauw en groen terugkomen) sprieten die er tussen de drie en de twintig jaar over doet om tot volle bloei te komen. Als dat gebeurt, dan verschijnt vanuit het midden van de bol een grote spriet met bloemen die eenmalig bloeit waarna de plant sterft. Het is vermoedelijke een verre afstammeling van de zonnebloem, ooit voortgekomen uit een zaadje dat vanuit Amerika naar de Pacific is gedwarreld; eigenlijk dé manier waarop alle ‘inheemse’ natuur in Hawaii is beland voordat de eilanden door de Polynesiërs werden bewoond.

Dieren op de Haleakalā

De enige inheemse vogel die in de Haleakalā leeft is de nēnē, ook wel bekend als de Canadese gans. Zoals de naam al doet vermoeden is de vogel oorspronkelijk afkomstig uit Canada. Het is niet eens een slimme vogel. Althans, hij heeft geen richtingsgevoel; de voorouders van de nēnē zijn ooit verdwaald geraakt, kwamen in Hawaii terecht en besloten vervolgens dat het klimaat ze wel beviel. Een andere, meer vriendelijke verklaring is dat de Canadese gans ooit geblesseerd raakte en noodgedwongen uitweek naar Hawaii. Maar vanwege de afgelegen ligging kent Hawaii weinig inheemse dieren.

De enige zoogdieren die het tot de archipel hebben geschopt zijn een vleermuis en de Hawaiiaanse monniksrob. Die laatste is uiterst zeldzaam omdat er nog elf honderd exemplaren van in leven zijn. Die leven vooral in de wateren rond de Leeward eilanden, de lange reeks eilanden ten noordwesten van Hawaii. Dat is niet de veiligste plek, omdat daar ook de natuurlijke vijand van de monniksrob leeft. Een Hawaiiaanse monniksrob in het wild zien is een zeldzaamheid op de eilanden, maar tijdens de Road to Hāna ligt er zowaar eentje in de zon te chillen.

Zonsondergang

Het landschap in de Haleakalā is dan kaal, tegen de tijd dat het wandelpad weer omhoog leidt, kom je in een gebied waar wel veel meer plantengroei is. Niet toevallig is dit het gebied dat aan de oostkant van het eiland ligt, de kant van Maui die doorgaans het meeste water vangt. Dit is het gebied van de Road to Hāna, de weg die al kronkelend een weg baant tussen stranden aan de ene kant en regenwoud (inclusief veel watervallen) aan de andere kant. Hier groeien vooral varens die baat hebben bij de overvloedige regenval. Bovenop heb je een prachtig uitzicht op de vulkaan en kan je aan de oostkant de wolken zien hangen.

De wandeling door de Haleakalā begint op tienduizend feet en eindigt op achtduizend feet. Daarna rijden onze gidsen met ons terug naar de top van de vulkaan voor een zicht op de zonsondergang. Die is spectaculair. De wind heeft hier vrij spel en doordat het tegen het einde van de dag loopt is het flink afgekoeld. Het is snijdend koud, reden voor onze chauffeurs om doorgaans in de auto te blijven zitten maar zelfs zij zien hoe spectaculair de zonsondergang vandaag is en doorstaan graag de kou.

Zonsondergang op de Haleakala Vulkaan op het eiland Maui, Hawaï

De Haleakala Vulkaan heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze vulkaan, klik dan op de knop:

Little Beach

Op zondag staat een bezoek aan Little Beach op het programma. Big Beach is het plaatje van de stranden van Maui, maar Little Beach is een naaktstrand en ademt de hippiesfeer die op alle Hawaiiaanse eilanden wel een beetje, maar op Maui nog het meeste hangt. Het heet een naaktstrand te zijn, maar volgens June van het hostel is clothing optional. Dat blijkt, vrijwel iedereen heeft netjes een zwembroek of badpak aan, maar er staan ook nog veel mensen in hun blootje te dansen op de muziek van de trommelaars. Ze zorgen voor de muzikale begeleiding bij de zonsondergang, al dan niet onder invloed van joints of paddo’s – of iets sterkers.

Kihei Little Beach met uitzicht op Kahoolewa Ridge op het eiland Maui, Hawaï

Het is vandaag snikheet en zonnig. Een klein wonder; Big Beach en Little Beach worden vaak geteisterd door wat June a huge mechanical cloud noemt: een wolk die boven het strand hangt en maar niet weg wil gaan. Kamergenoot Kyle wijst op een eiland voor de kust. Dat is Big Island, beweert hij. Niet helemaal; The Big Island ligt veel verder. Dit is Kaho’olawe, een onbewoond eiland dat tot 1990 door het Amerikaans leger werd gebruikt voor oefeningen. Het is sinds 1994 weer in bezit van de staat Hawaii, maar tevens zwaar vervuild. Enkel Hawaiianen mogen het eiland uit religieus oogpunt gebruiken.

‘Īao Valley

De westkant van Maui wordt gevormd door de West Maui Mountains. De beroemdste bezienswaardigheid aan die kant is de ‘Īao Valley, een vallei op ongeveer vijf kilometer afstand van Wailuku. De top van de vallei, de ‘Īao Needle, kan je vanuit de Banana Bungalow zien liggen. Althans, je kan zien dat de ‘Īao Needle constant in de wolken ligt (op wikipedia staat een foto van de ‘Īao Needle zonder wolken; een zeldzaamheid). De ‘Īao Needle is niet echt een naald, dat lijkt maar zo. Eigenlijk is dit het uitstekende einde van een hoge bergwand, vanaf de grond gemeten is die zelfs hoger dan de Eiffeltoren.

De top van de ‘Īao Needle bezoeken is niet mogelijk. Wel is er een wandelpad dat diep de vallei in leidt. Het eindigt op een punt waarop je een mooi uitzicht hebt in de richting van de zuidkant van het eiland. Maar om er te komen moet je vier kilometer over een hier en daar modderig en flink overwoekerd (en soms spekglad) pad lopen en of je nu goede wandelschoenen draagt of gympies: wegglijden doe je.

Iao Valley op het eiland Maui, Hawaï

Voor de oorspronkelijke bewoners van Maui was de ‘Īao Valley een heilige plaats, de plek waar koningen begraven liggen. ‘Īao Valley is ook de plek waar in de 1790 de Slag van Kepaniwai plaatsvond. Kamehameha de Grote versloeg in een uiterst bloedige strijd Kalanikūpule en het leger van Maui. Kamehameha zou later koning worden van alle Hawaiiaanse eilanden, een strijd die hij met dank aan vele door het westen geleverde wapens zou winnen, iets waarvan veel westerse mogendheden zeiden dat ze dat eigenlijk niet steunden, maar in de praktijk kwam het wel goed uit: één koning voor alle eilanden van Hawaii, in plaats van al die aparte eilandjes met hun eigen vorstenhuizen. De strijd in ‘Īao Valley was dermate bloederig dat het water van de ‘Īao River drie dagen bloedrood kleurde en Kepaniwai, de naamgever aan de slag, is Hawaiiaans voor het afdammen van de rivier. Afdammen van de rivier met lijken, that is.

Road to Hāna

De Road to Hāna is samen met een bezoek aan de Haleakalā een must voor een bezoeker aan Maui. De weg bestaat uit 620 bochten en 59 bruggen, waarvan 46 uit één baan bestaan. Toeristen kunnen als bewijs van hun moed een T-shirt kopen met het opschrift ‘I survived the Road to Hana’. Natuurlijk gaat het bij de Road to Hāna niet om Hāna zelf; dat is een plaatsje van niks dat je, als je niet goed oplet, makkelijk mist. De weg leidt door tropisch regenwoud en omdat dit de natte kant van het eiland betreft is in zowat elke bocht wel een tientallen meters hoge waterval te zien. De kust wordt verder gevormd door stranden en blowholes. Het strand van het Wai’anāpanapa State Park is gitzwart en daarmee een bezienswaardigheid.

Black Sand Beach op het eiland Maui, Hawaï
De Road to Hāna op het eiland Maui, Hawaï

De weg is niet alleen mooi voor de bezienswaardigheden, maar ook culinair is het nog aardig: het dorpje Pā’ia, aan het begin van de route, is een hippiedorp en heeft veel leuke biologische winkels, verder kan je onderweg het lekkerste banana leaf bread van alle eilanden eten (en echt, het is heel lekker) en een Tahitiaans eettentje verkoopt overheerlijke fish taco. Normaal moet je als je in Hāna bent aangekomen weer over dezelfde weg terug, maar er is een weg die voorbij Hāna om de zuidkant van het eiland (en de Haleakalā) heen leidt. Die weg is het grootste deel van het jaar gesloten en deels niet eens fatsoenlijk geasfalteerd, maar sinds een paar dagen is ie open. Over een afstand van enkele kilometers verandert het landschap van regenwoud in hoge kliffen in woestijn: de zuidflank van de Haleakalā is dor en droog gebied. Hier staat een enkele biologische boerderij, of het verdwaalde kerkje waar vliegpionier Charles Lindbergh begraven ligt. Dit is het jongste gebied van Maui, de lava zou hier een paar honderd jaar geleden nog gestroomd hebben.

De Road to Hāna op het eiland Maui, Hawaï

Blijf de weg volgen en heel langzaam kom je weer in de bewoonde wereld. Ik vroeg aan de chauffeur Isaac of we dan ook langs Little Beach komen, maar nee, dan zouden we toestemming aan Oprah moeten vragen. Ja, Oprah Winfrey heeft een paar flinke lappen grond op Maui in bezit. Ik betwijfel of ze er vaak komt, ze heeft het land vermoedelijk vooral als investering gekocht – het is er peperduur. Ze is niet de enige; ook Beau Bridges, Woody Harrelson en Aerosmith-zanger Steven Tyler hebben er land. Tyler is ook geregeld op Maui te zien, al dan niet met een paar jonge dames als chaperones. Of Chicago Bulls basketballer Joakim Noah er een eigen stek heeft weet ik niet, maar hij liep wel rond bij de ‘Ohe’o Gulch, halverwege de Road to Hāna. Ik had ‘m niet herkend, maar viel op omdat hij werd vergezeld door een paar jonge groupies en enkele Franstalige Canadese medereizigers herkenden hem.

De Road to Hāna heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze tocht, klik dan op de knop:

Dansende hoelameisje

En hier is dan eindelijk dat dansende hoelameisje waar zoveel om is gevraagd.

Dansend Hoelameisje op het eiland Maui, Hawaï

Vertrek Maui

De volgende dag vertrekt mijn vliegtuig naar Hilo op The Big Island. Heel jammer. Banana Bungalow ís hostel heaven (ook al miste ik een stopcontact op mijn kamer), het contact met de andere gasten was heel geslaagd en het weer op Maui is prettig. Onderweg naar het vliegveld deel ik een taxi met een Quebécois stel. De taxichauffeur is al net zo praatgraag als degene die me een kleine week eerder heeft afgeleverd. Waar ik vandaan kom? Nederland? O, de Nederlandse dames zijn de mooiste in de wereld. Hij weet het nog goed, toen ie een keer in Haarlem was. Mooi, en ruimdenkend. Maar, zo verzekert hij het Canadese stelletje, ruimdenkend is iets heel anders dan promiscu. Hij kent geen preutsere vrouwen als Nederlandse. Ik schiet ervan in de lach. ‘Ja, jij snapt precies wat ik bedoel,’ zegt de taxichauffeur.

Het eiland Maui heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over dit eiland, klik dan op de knop:

The Big Island Hawaï

Hilo

Als Honolulu niet het toerisme zou hebben ontdekt en tegenwoordig uit z’n voegen zou barsten, dan zou het eruit hebben gezien als Hilo. Het is met ongeveer vijftig duizend inwoners de grootste stad op The Big Island, zo genoemd omdat de echte naam van het eiland (Hawaii) verwarring zou opleveren, het is immers ook de naam van de volledige archipel én de staat, en zo genoemd omdat alle andere eilanden van Hawaii in The Big Island zouden passen en dan nog zou er ruimte overblijven, maar oogt niet als een stad van formaat. De enkele straten langs de haven die door moeten gaan voor down town Hilo zijn veelal houten pandjes waar altijd een landerige sfeer hangt. Dat het stadje geen (relatief) oud centrum heeft komt doordat het redelijk recent twee keer is getroffen door een tsunami: in 1946 en in 1960. Over dat onderwerp is een museum ingericht, het Pacific Tsunami Museum, in een oud pand van een bank aan de boulevard (dus bij een volgende tsunami is het museum het eerste dat eraan gaat).

Regenval

Een straat achter de boulevard ligt het Hilo Bay Hostel, dat in alles het tegenovergestelde is van de Banana Bungalow. Dat is geen bezwaar, maar het hostel oogt nog het meest als een stoffige herensociëteit met veel donker eikenhout, sjieke fauteuils en een leestafel met kranten. En het is er muisstil; zelfs het hondje van één van de beheerders blaft niet. In Hilo regent het teveel, zo is de algemene consensus, dus toeristen blijven weg. Wie in het Hilo Bay Hostel verblijft is dus geen zonaanbiddende, feestvierende surfdude en gebruikt het stadje als uitvalsbasis naar het Volcano National Park.

Tja. Die regenval. Die is aan de oostkant van The Big Island inderdaad nogal groot, maar gedurende de paar dagen dat ik in Hilo ben heb ik er nauwelijks last van. Die regen valt vooral ‘s avonds en ‘s nachts, overdag is het hooguit wat broeierig. En trouwens, het stadje is erop gebouwd: vrijwel alle winkels hebben overkappingen aan de voorkant van hun zaak, dus je kan tijdens een regenbui de hele rij winkels af lopen zonder nat te worden. Als je aan het einde van de rij bent aanbeland, is de bui toch alweer over. En nog een foto van een palmenplafond met blauwe lucht. Dat laatste is zeldzaam in Hilo.

Hilo Palmbomen op the Big Island, Hawaï

Rainbow Falls

De regen heeft tot gevolg dat aan de oostkant van het eiland mooie watervallen liggen. En het herbergt de langste rivier van de volledige staat Hawaii: de 45 kilometer lange Wailuku. Dat stelt niet veel voor, maar voor The Big Island is het al heel wat. Loop stroomopwaarts vanuit Hilo langs de rivier en je komt bij de Rainbow Falls, zo genoemd omdat als ‘s morgens zonlicht op de waterval valt je een mooi regenboogeffect krijgt. Niet dat de zon er nu zo vaak uitbundig schijnt, maar soit.

Rainbow Falls op the Big Island, Hawaï

Brug over Wailuku River

En nog een door de regen met mos overwoekerde brug over de Wailuku River.

Brug Over Wailuku River op the Big Island, Hawaï

Gekko

Een bordje dat je in Nederland niet zal tegenkomen en een gekko, een ‘invasive species’, maar geliefd; het is een goed teken om er een paar van in je huis te vinden, omdat ze gesteld zijn op reinheid.

Bordje 'Beware of Coconuts' op the Big Island, Hawaï
Een Gecko op the Big Island, Hawaï

Winkels in Hilo

De winkels in Hilo zijn hetzelfde als in alle andere steden en dorpjes in Hawaii: een mix van het toeristische spul, reformwinkels, thrift shops en – iets dat ik had gemist in Honolulu en Wailuku – boekwinkels. Hilo telt twee prima boekwinkels met een uitgebreide selectie boeken over Hawaii. Boeken met korte verhalen over Hawaii, of andere eilanden van de Pacific. Het mooiste van Hilo is de markt op zaterdagmorgen, met een mix van ambachtelijk gemaakte Hawaiiaanse snuisterijen en biologisch geteelde groente en fruit. En biologische zeep. Er is een boerderij waar handgemaakte zeep wordt gemaakt onder de naam Filthy Farmmaid. Ze hebben er allerlei varianten van: de Filthy Teacher, de Filthy Cowgirl (met als ondertitel Divine Clementine; een favoriet van mijn moeder) en Filthy Beaver. Naar verluidt is de olijke jongen die z’n toko runt wel es op ranzigere suggesties gekomen, maar die zijn ‘m wijselijk uit het hoofd gepraat.

Vulkanisme

The Big Island is het beroemdste vanwege het actieve vulkanisme. Het is met dank aan de Kīlauea dat het grootste van de Hawaii-eilanden blijft groeien. Om de lavastromen te bezoeken moet je eigenlijk over een eigen auto beschikken, zo dacht ik, dus die excursie liet ik achterwege. Maar toen ik een dag of wat in Hilo was zag ik een advertentie voor een georganiseerde tour naar de lavastromen. Je kan er komen, maar dan moet je wel vier mijl lopen over oude lavastromen. Damn, ik had al andere excursies gepland staan. Als ik ooit terugkom in Hawaii, dan haal ik die excursie graag in.

Volcano National Park

Dat is niet te zeggen dat de excursie naar het Volcano National Park niet interessant is. Je kan er lopen over gestold lava waarvan het meeste uit de vulkaan is gestroomd gedurende de jaren zeventig. Lava wordt in Hawaii onderverdeeld in twee groepen: ‘a’ā lava, bestaande uit grote brokken die gestold voor een los, scherp en rommelig oppervlak zorgen en waar het dus moeilijk overheen wandelen is. De tweede soort, pāhoehoe, is veel vloeibaarder en zorgt voor een mooi glad oppervlak. En lava is niet altijd van dezelfde temperatuur, met de vorming van lava tubes, een soort grotten, tot gevolg. Als de buitenste laag lava is gestold en de binnenste stroom lava is nog wel heet en vloeibaar, dan stroomt die door en laat een lege ruimte achter. De grotten in het Volcano National Park zijn mooi toegankelijk gemaakt voor bezoekers, maar over heel The Big Island zijn in de natuur lava tubes terug te vinden waarvan de meeste niet goed toegankelijk zijn.

Volcano National Park op the Big Island, Hawaï

In het Volcano National Park is nog steeds vulkanische activiteit, al is het enige wat je daarvan kunt zien de rookpluimen die uit één van de caldera’s komen en de roodgekleurde rook die vanuit het Jaggar Museum in de verte te zien is, maar in de mist die er tijdens mijn bezoek hangt blijft het behelpen. De natuur is er echter prachtig; het duurt tientallen jaren voordat op lava natuur groeit, waarbij varens de eerste planten zijn die boven de grond uit komen, maar als er een regenwoud is, is het prachtig. En vochtig, er valt zoveel regen, ook water dat in de bladeren van sommige bomen is blijven hangen, dat ik mijn camera niet uit de tas durf te halen.

Volcano National Park heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over dit natuurgebied, klik dan op de knop:

De kust

Het overgrote deel van de bevolking op The Big Island woont langs de kust. De mensen die in het binnenland wonen zijn pioniers bij uitstek. De huizen die aan de Saddle Road staan hadden tot een paar jaar geleden niet eens stromend water en elektriciteit. Tegenwoordig is er elektriciteit, maar grondwater sijpelt meteen weg door de poreuze ondergrond van lava. Drinkwater wordt gewonnen door het overvloedige regenwater op te vangen in gigantische tanks die in de achtertuin van iedere huis zijn te vinden en te zuiveren.

Mauna Kea

De Hawaiianen laten geen gelegenheid onbenut om te benadrukken dat Mauna Kea eigenlijk de hoogste berg ter wereld is. Immers, als je de hoogte van de vulkaan zou meten van de zeebodem tot aan de top, dan kom je op ruim tienduizend meter, meer dan de 8850 meter van de Mount Everest. Tja, zo lust ik er nog wel een paar. Niettemin, de top van Mauna Kea is de enige plek in Hawaii waar soms sneeuw ligt. Wie met een georganiseerde tour – de enige mogelijkheid om er te komen – naar de top van Mauna Kea wil, moet wel eerst allerlei formulieren tekenen. Of ik wel echt gezond ben en de organisator niet aansprakelijk stel, mocht ik ter plekke acute gezondheidsproblemen krijgen. David, de gids van de dag, vraagt nog expliciet of ik het formulier goed heb gelezen. Ik verzeker ‘m dat ik op de top van de Haleakalā geen centje pijn heb gevoeld. ‘Maar Mauna Kea is nog wel iets hoger,’ is zijn reactie.

Op Mauna Kea gelden andere natuurwetten. Hier stormt het, net als op de Haleakalā, constant. De wind is er dermate hard dat de verkeersborden zijn voorzien van grote gaten om te voorkomen dat de borden zouden wegwaaien. Een beetje onfortuinlijke passant zou onthoofd worden als ie in aanraking zou komen met een losvliegend verkeersbord. En in het bezoekerscentrum van de hoogste berg van Hawaii zijn bumperstickers te koop met het melige opschrift ‘Watch out for the invisible cow’, een relikwie uit vervlogen tijden, toen de weilanden langs de toegangsweg naar de top nog niet waren afgezet. Tot die tijd gebeurde het geregeld dat een koe midden in de nacht op de (pikdonkere) weg ging liggen die een stuk warmer aanvoelde dan het koude weiland, met vele aanrijdingen tot gevolg.

De Mauna Kea Vulkaan op the Big Island, Hawaï

De weg naar de top van Mauna Kea is goed begaanbaar tot het Onizuka Visitor Center for international Astronomy, vernoemd naar Ellison Shoji Onizuka, een astronaut van Hawaiiaanse afkomst die om het leven kwam bij de ontploffing van de Challenger in 1986. Dit is de plek waar groepen die naar de top van Mauna Kea gaan een tijdje blijven om aan het hoogteverschil te wennen. De weg naar de top volgt allereerst een vijf kilometer lange hobbelweg en alleen het bovenste deel is weer geasfalteerd. Er staan dertien telescopen, afkomstig van de NASA tot universiteiten uit het vasteland van Amerika. Het is ook de toekomstige locatie van de Thirty Meter Telescope, de TMT, een telescoop met een spiegel van dertig meter doorsnee die in 2018 klaar moet zijn. Tegen de avond komt het hier tot leven, als de telescopen één voor één worden geopend; echter wel alleen voor wetenschappers.

De telescopen liggen bij de oorspronkelijke bewoners van Hawaii die Mauna Kea als een belangrijk monument beschouwen nogal gevoelig. Daar kwam de missionaris Joseph F. Goodrich ook achter toen ie in 1823 weer en wind trotseerde om de top van Mauna Kea te bedwingen. Eenmaal op de top trof ie tot z’n verbazing (en vermoedelijk lichte frustratie) een stapeltje stenen aan dat voor de Polynesiërs als monument gold. Vandaag de dag liggen er nog altijd stenen op de top van Mauna Kea, maar door de decennia heen is er zoveel van geroofd of door elkaar gehusseld dat het onmogelijk is na te gaan hoe het oorspronkelijke monument er uit heeft gezien.

De zonsondergang op de top van Mauna Kea is wederom spectaculair. Van de hoogte heb ik nauwelijks last, hooguit ben ik wat kortademig als ik het korte pad naar het monument op loop. Niet slecht, vindt David, maar zijn ervaring is dat hij nooit problemen heeft met Europeanen. Veel fitter dan Amerikanen.

De Mauna Kea Vulkaan heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze vulkaan, klik dan op de knop:

Waimea

De oostzijde van The Big Island is extreem nat, maar reis naar de westkant van het eiland over de Route 190 en het landschap verandert. In het binnenland ligt enkel Waimea, een uit de kluiten gewassen dorp, vooral bedoeld als centrum voor alle ranches die hier op de glooiende heuvels van de noordelijke helft van het eiland zijn gestationeerd. De westkant van het eiland is de zonnige kant, met weinig regenval. Kailua-Kona is het enige toeristische centrum van formaat. Het is Waikikī in het klein en is als zodanig best charmant, al was het maar omdat het plaatsje minder toeristen telt dan Honolulu.

Kailua Kona Beach op the Big Island, Hawaï

Fiets huren

Mijn hostel bevindt zich een paar straten van het toeristische gebied, tegen een heuvel aan. Het ligt midden in een woonwijk, heeft een prima uitzicht op de Stille Oceaan en alles gaat er op z’n janboerenfluitjes. Als ik kom inchecken krijg ik te horen dat mijn kamer nog een nieuwe deurklink moet krijgen, of ik daar even op wil wachten. Als ik een dag later een fiets wil huren krijg ik te horen dat ik gewoon een fiets kan pakken, als ik er tenminste eentje kan vinden die het doet. Als ik een dag later opnieuw een fiets mee wil nemen zegt het meisje van de receptie dat ze geen werkende fiets heeft. Euh… jawel, gisteren had ik nog een werkende fiets. O ja? Ach, pak die dan maar. Niemand in het hostel wijst me erop dat ik eigenlijk tien dollar moet betalen voor de huur.

St. Peter’s Church by the Sea

Nu is tien dollar wellicht wat veel geld voor het brik dat ik mee heb gekregen. De rode mountainbike ziet er fancy uit, maar zo gauw je er een beetje heuvelop mee wil, kan je het beste afstappen. Dat merk ik al op de eerste dag, als ik langs de boulevard van Kailua-Kona in zuidelijke richting fiets. Het is een aaneenschakeling van hotels en vakantieresorts, met hier en daar tussendoor een stukje strand. De enige aardige attractie is een piepklein kerkje met witte wanden en een blauw dak. Deze fotogenieke St. Peter’s Church by the Sea is vandaag gesloten, maar de ligging – op een verhoging aan de kust – is prachtig.

Kailua Kona Saint Peters Church op the Big Island, Hawaï

Moku’aikaua Church

De Moku’aikaua Church, de oudste kerk op The Big Island.

Kailua Kona Moku’aikaua Church op the Big Island, Hawaï

Heiau

En de heiau, gelegen aan de noordkant van de baai.

Kailua Kona Heiau op the Big Island, Hawaï

James Cook

Volgens de geschiedenisboekjes heeft James Cook Hawaii als eerste Europeaan ontdekt. De praktijk is weerbarstiger. Net zoals Amerika niet door Christopher Columbus is ontdekt maar door Leif Eriksson, zo hebben de oorspronkelijke Polynesiërs contact gehad met andere Europese zeevaarders. Vanaf 1520 verdwijnen regelmatig Spaanse schepen in het noorden van de Stille Oceaan en als Cook in januari 1778 op The Big Island aan land komt, valt ‘m op dat sommige Hawaiianen Europese trekjes vertonen. Volgens de geschiedenis van de Polynesiërs moet er halverwege de dertiende eeuw al een groep niet-Polynesiërs in de eilanden zijn beland – vermoedelijk Japanners die uit koers zijn geraakt – en in 1599 zouden acht bemanningsleden het Nederlandse schip de Lefda hebben verlaten en aan land zijn gegaan ter hoogte van de Hawaiiaanse eilanden. De geschiedenis van de Stille Oceaan is doortrokken van deserterende zeevaarders en gestrande schepen; en dan geregeld in de regio rond de Hawaii-eilanden.

Niettemin, de geschiedenisboekjes houden Cook aan als ontdekker van de eilanden, simpelweg omdat hij het goed gedocumenteerd heeft. Dat ook de Britse zeevaarder heeft getwijfeld of de eilanden niet al op een oudere, Spaanse zeekaart staan wordt buiten beschouwing gelaten.

In 1779 komt Cook opnieuw op The Big Island terecht. Het bezoek begint positief, maar eindigt desastreus. Na wekenlang vriendelijk te zijn behandeld door de chief Kalani’ōpu’u vertrekt Cooks schip de Resolution weer, om wegens storm na een week terug te moeten keren. De Hawaiianen zitten niet te wachten op een nieuw bezoek van Cook (volgens de overlevering breekt Cook een ‘taboe’, waarmee het als één van zeer weinig Polynesische woorden in de Nederlandse taal terecht is gekomen, dat de bevolking vanwege voedselschaarste de extra gasten niet kan gebruiken is een prozaïschere verklaring) en als een boot uit de Cooks vloot vermist wordt, wordt de beschuldigende vinger richting de lokale bevolking gewezen. Hij gaat aan land in Kealakekua Bay om verhaal te halen, de discussie loopt uit de hand en Cook wordt vermoord.

Arme James Cook. Naar huidige maatstaven mag hij als hardvochtig worden beschouwd, in zijn tijd moet de man een bijzonder verlichte geest zijn geweest. Maar hij is ook naïef geweest. Tijdens een eerdere reis door de Stille Oceaan is hij in Tonga beland, een eilandengroep waar hij dermate vriendelijk wordt bejegend dat ie de archipel The Friendly Islands noemt. Het is dat ie weer op tijd verder is gereisd, anders was ie daar al omgelegd; de bevolking is net bezig een plan uit te werken om Cook te vermoorden en z’n vloot te stelen.

Vlak bij Captain Cook is een monument opgericht ter nagedachtenis aan de grote Britse zeevaarder. Naar verluidt op de exacte locatie van de moord, maar om er te komen ben je uren aan het wandelen. Die wandeling laten de meeste toeristen liever achterwege. Het dorpje Captain Cook is niets anders dan een hoop villa’s en bungalows, samengedrukt tegen een heuvelrug. Op de doorgaande weg is The Coffee Shack een aanrader, omdat je – terwijl je van een heerlijke lunch geniet – op het balkon uitzicht hebt op Kealakekua Bay.

St. Benedict’s Painted Church

Tussen de bungalows staat St. Benedict’s Painted Church, een klein houten missionariskerkje waar er in Hawaii zoveel van zijn en die zonder uitzondering pittoresk ogen. Het houten gebouwtje is rond 1900 gebouwd door de Belgische missionaris John Berchmans Velge, die de muren aan de binnenkant bovendien beschilderde met bijbelse taferelen.

Captain Cook Painted Church op the Big Island, Hawaï

Pu’uhonua O Hōnaunau

Ook bij Kealakekua Bay ligt Pu’uhonua O Hōnaunau. De Engelse benaming Place of Refuge zegt vermoedelijk wat meer. Het is een oud Polynesisch dorp waar de verslagenen uit een oorlog heen konden vluchten. Het idee is dat de vluchteling dezelfde nacht nog een ritueel zou ondergaan en de volgende morgen kon vertrekken. Alleen het eiland Hawaii telde al zes van dit soort plaatsen maar ze werden goed bewaakt, zodat enkel de allersterksten erin slaagden de plaats te bereiken; bij Polynesiërs werd veel waarde gehecht aan het recht van de sterkste. Het is een grote historische site, maar houten beelden, kano’s en enkele heiau’s. Jammer dat het net vandaag bewolkt en grauw weer is. Vooral de grote grijze beelden moeten met de diepblauwe Grote Oceaan op de achtergrond een mooi beeld opleveren.

Pu'uhonua O Honaunau National Historical Park op the Big Island, Hawaï
Pu'uhonua O Honaunau National Historical Park op the Big Island, Hawaï

Routebeschrijving

De weg de heuvel op, terug naar Captain Cook, blijkt een opgaaf. Ik voel de bui al hangen als ik in vliegende vaart op mijn leuke (maar bijzonder onpraktische) huurfiets naar beneden snel. Dit stuk moet ik ook weer omhoog afleggen, en dan wel te voet. Hoe hoger ik kom, hoe vochtiger het wordt, totdat ik in een regenbui terecht kom. Bovenop de heuvel is het nog eens kilometers fietsen naar de bushalte, waar ik vervolgens een half uur sta te wachten op een bus die maar niet komt. Dan stopt er ineens een auto en blijkt het Linda te zijn, een gast waar ik in de hostels in Maui en Hilo vaak mee heb opgetrokken. Ze is op weg naar Kailua-Kona en weet niet precies hoe ze er moet komen. Wil ik een lift hebben? Hmm, even kijken hoe we die fiets in de achterbak krijgen. Vijf minuten later zit ik in de auto richting mijn hostel. Zij is blij met mijn routebeschrijving, ik ben blij met de lift. Iedereen tevreden.

Uitzicht op de Kealakekua Bay

Het uitzicht op de Kealakekua Bay. Ook in regenachtig weer mooi.

Kealakekua Bay op the Big Island, Hawaï

The Big Island Hawaï heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over dit eiland, klik dan op de knop:

Kaua’i

Kaua’i dus. Van de acht eilanden van Hawaii zijn er zeven bewoond, zes daarvan zijn voor toeristen toegankelijk, vijf ervan zijn ook daadwerkelijk interessant (Lāna’i is een feesteiland voor de superrijken) en een beetje toerist die z’n reis serieus neemt bezoekt er vier: O’ahu, Maui, The Big Island en Kaua’i. Maar Kaua’i wordt vaak vergeten, omdat het uit de koers ligt. Kaua’i, en het ernaast gelegen Ni’ihau liggen een flink stuk westelijk van O’ahu, terwijl alle andere eilanden ten oosten van O’ahu liggen. Het eiland mist daardoor wat toerisme, maar dat is (met dank aan Hollywood) groeiende. Een positieve bijkomstigheid is dat het eiland relatief onbedorven is; alleen het Marriott hotel aan de kust in Līhu’e geldt als horizonvervuiling, alles wat later is gebouwd mag niet meer dan vier verdiepingen tellen. Het uitzicht vanuit het vliegtuig naar Kaua’i. Maar ik weet niet welk eiland dit is.

View vanuit het vliegtuig

Vliegen

Afgezien van de keren dat ik heb moeten uitleggen dat Guido in Nederland écht een volstrekt normale naam is en dat ik noch connecties met de maffia noch met de deelnemers van Jersey Shore heb, gingen de meeste conversaties in Hawaii over Kaua’i. De meest gehoorde reactie: ‘oh, je gaat naar Kaua’i? Dat is echt de allermooiste van de Hawaii-eilanden.’ En dat werd dan standaard verteld met een zwijmelblik in de ogen. Het droeg ertoe bij dat Kaua’i in mijn gedachten een mythische status had gekregen waar het eiland in werkelijkheid nooit aan zou kunnen voldoen. Zelfs in het vliegtuig naar Kaua’i werd ik door mijn buurvrouw er nog aan herinnerd hoe prachtig haar thuiseiland was. En ik moest echt naar Po’ipū, om te zwemmen met de zeeschildpadden.

Dat vliegen tussen de Hawaii-eilanden is een merkwaardig fenomeen. De eilanden liggen dicht genoeg bij elkaar om er ferry’s tussen te laten varen. Daarmee is een aantal jaren terug begonnen, maar de ferry’s werden snel weer uit de vaart genomen na protesten van natuurbeschermers. De grote boten zouden de riffen rond de eilanden kunnen beschadigen. Er varen nu enkel nog (kleinere) boten tussen Maui en Lāna’i en Maui en Moloka’i. Een ander – bijkomend voordeel – is dat de vliegtuigen een extra barrière vormen voor die honderden zwervers in Honolulu; met die ferry’s zouden die zich straks als een olievlek over alle eilanden verspreiden. Daar zitten de bewoners van Maui, Kaua’i en The Big Island toch niet op te wachten. En ook de autoverhuurbedrijven zal het goed zijn uitgekomen dat de ferry’s uit de vaart werden genomen.

De haven van Lih’ue

De eerste opvallende bewoner op Kaua’i is de haan. Overal op het eiland lopen hanen (en kippen) rond. Ziet er leuk uit, maar ‘s morgens om 4.30 uur beginnen die al herrie te maken. Ik vroeg Tino, de gids die het tourbusje op de eerste dag van mijn verblijf op het eiland rondreed, naar die hanen. Oh, die? Die hebben geen natuurlijke vijanden hier: No mongoose. De mangoest. Ooit op de andere Hawaiiaanse eilanden geïntroduceerd om de (al dan niet Polynesische) rat te bestrijden. De gezagsdragers hadden enkel één klein probleem over het hoofd gezien: de rat is een nachtdier, de mangoest niet. Dus in de praktijk deden – en doen – de mangoesten zich niet te goed aan de ratten, maar aan alle zeldzame, inheemse diersoorten. Als het op ecosystemen verwoesten aankomt gaat er niets boven de negentiende-eeuwse, westerse kolonist.

Hoofdstad van Kaua’i is Līhu’e, al stelt dat in de praktijk niet zoveel voor. Het is een slaperig stadje; het Kauai Museum geeft een prachtig beeld van de geschiedenis van het eiland, Līhu’e heeft een paar kleine hotels en in de haven liggen enkele winkelcentra. Het is nu niet bepaald een toeristisch gebied, dus het winkelcentrum is vooral afhankelijk van de geregelde aanvoer van cruiseschepen die – in tegenstelling tot de ferry’s – blijkbaar geen schade aan de riffen rond de eilanden aanbrengen. De haven van Līhu’e.

Nawiliwili Harbor op eiland Kauai, Hawaï

Beroemde locaties

Dat Kaua’i recentelijk aan populariteit heeft gewonnen is mede te danken aan Hollywood, die in het eiland de ultieme filmlocatie hebben gevonden. Zoek in de kaartenbak onder ‘Tropisch paradijs’ en Kaua’i komt bovendrijven. Je zou een uitstekend boek kunnen schrijven met als titel ‘Filmlocaties in Kaua’i’. Tino somt het rijtje van de drie meest recente films die er zijn opgenomen automatisch op: Soul Surfer, The Descendants en Pirates of the Caribbean: On Stranger Tides (ik heb het woord Caribbean in de titel van de Pirates-films nooit begrepen; alle films uit die serie zijn opgenomen in de Pacific). Ga wat verder terug en je komt uit bij Avatar, Jurassic Park, Godzilla, Indiana Jones and the Raiders of the Lost Ark, Lord of the Flies, Dragonfly en Outbreak. Een handige touroperator biedt daarom een Kaua’i Film Tour aan.

Blowhole van Po’ipū

Omdat ik slechts twee hele dagen op Kaua’i ben (het is niet bijster groot) heb ik voor de eerste dag een georganiseerde tour geboekt. Alle hoogtepunten van het eiland die eenvoudig per weg bereikbaar zijn, zijn daarbij inbegrepen. De buschauffeur Tino kletst aan de lopende band, vooral over de suikerplantages van het eiland, vermoedelijk omdat z’n vader daar jarenlang op heeft gewerkt weet ie er enorm veel vanaf. Z’n anekdotes zijn niet bijster goed, behalve dan over die ene keer dat ie John Travolta op moest halen van het vliegveld. Op weg naar het hotel kreeg ie de vraag wat ie moest hebben om ‘m onderweg naar het hotel bij een drugstore te laten stoppen. Tino antwoordde dat Travolta het alleen maar hoefde te vragen en het zou gebeuren. Hij hoorde wat gerommel op de achterbank: ‘is vijftig dollar genoeg?’

Po’ipū is populair bij toeristen; het heeft een bewaakt strand met een niet al te sterke stroming en in de branding kan je kleine zeeschildpadjes zien ronddobberen. Verderop aan de zuidkust is er een stop bij een koffieplantage, de lunch is in Waimea, een slaperig dorpje aan het begin van de weg naar de Waimea Canyon. Het heeft wat restaurantjes, winkels en een pier. Hieronder het blowhole van Po’ipū.

Poipu Blowhole op eiland Kauai, Hawaï

Ōpaeka’a Falls & Fern Grotto

‘s Middags, als de paar passagiers die enkel voor de ochtendtour zijn gekomen zijn afgedropt bij hun hotel, volgt het middagprogramma, een bezoek aan de Ōpaeka’a Falls en de Fern Grotto. Dat laatste is een grot met een mythische status die heeft gefigureerd in verschillende films, maar door toedoen van enkele orkanen oogt de grot vandaag de dag als vergane glorie. Om er te komen moet je erheen kano’en, of mee op een boottour. De heenweg wordt nog voorzien van live commentaar, tijdens het bezoek aan de Fern Grotto is er muzikale begeleiding en die wordt voortgezet op de bootreis terug naar de haven bij Smith’s Tropical Paradise (dat net zo kitscherig is als het klinkt). Jammer dat het bandje dat voor de muzikale begeleiding zorgt zo slecht speelt.

Waimea Canyon

De Waimea Canyon, het jongere broertje (of zusje) van de Grand Canyon.

Waimea Canyon op eiland Kauai, Hawaï

Waimea Canyon heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze kloof, klik dan op de knop:

Hawaiiaanse alfabet

Het Hawaiiaanse alfabet is het kortste ter wereld. Het telt twaalf letters (de klinkers en de h, k, l, m, n, p en w) en twee leestekens: de apostrof en de macron (dīē lāātstē īs dāt lēūkē strēēpjē dāt bōvēn sōmmīgē klīnkērs stāāt). Dat het alfabet maar zo weinig letters telt is te danken aan de missonarissen. Toen die halverwege de negentiende eeuw naar Hawaii reisden om het evangelie te verspreiden kwamen ze erachter dat het Hawaiiaans helemaal geen schrift kende. Ze ontwikkelden in no time een eigen schrift, al gingen ze daarin wel heel rigoureus te werk: een c en een k klinken hetzelfde, dus de c werd weggegooid, dat werk. De positieve kant van de eenvoud van het Hawaiiaans is dat binnen de kortste tijd Hawaii na Schotland het meest geletterde land ter wereld is. Het nadeel is dat het Hawaiiaans overgesimplificeerd is. Als er ooit een televisieserie komt met de titel ‘What the missionaries did for us’ dan kan daar een taal verruïneren aan worden toegevoegd.

Niemand spreekt in het dagelijks leven Hawaiiaans, of het moeten de bewoners van het eiland Ni’ihau zijn. Het meest westelijk gelegen van de bewoonde eilanden van Hawaii (het ligt aan de westkant van Kaua’i) is in privé bezit van een Schotse familie. Er is geen stromend water of elektriciteit en de inwoners (130 in totaal) worden geacht elke zondag braaf naar de kerk te gaan. Contact met toeristen is strikt verboden, het hoogste dat je als bezoeker kan bereiken is een korte landing op het vliegveld. Over de status van Ni’ihau is regelmatig discussie; de handelingen van de familie Robinson zouden grenzen aan moderne slavernij, maar de bevolking lijkt het niet te deren (die is overigens al net zo aartsconservatief; bij de laatste presidentsverkiezingen was het kiesdistrict van Niihau één van de zeer weinige districten dat naar Mitt Romney ging. De rest van Hawaii is zeer overtuigd democratisch).

Ni’ihau

Ni’ihau kan je op een heldere dag zien liggen vanuit de kust voor de Nā Pali Coast, een groot natuurreservaat aan de noord- en de westkant van Kaua’i. De Kalaula Trail, het wandelpad van het natuurreservaat, wordt beschouwd als de beste hike van heel Hawaii, maar ook als één van de moeilijkste. Heen en terug (over hetzelfde pad) ben je twee dagen onderweg. Wie de kust op een luxere manier wil bekijken maakt gebruik van de alom aangeboden (en nogal irritant lawaaiige) helikopter tours, of neemt een tour per boot vanuit het kustplaatsje Hanalei. Het heeft een prachtige, halvemaanvormige baai en werd gebruikt als locatie voor de opnames van de film The Descendants (een mooie film met veel leuke Hawaiiaanse muziek. Alleen al de moeite waard om te gaan zien om George Clooney op slippers te zien rondhobbelen).

Hanalei

Voor zo’n klein plaatsje (450 inwoners) heeft Hanalei een bizar groot winkelaanbod. De status van de Nā Pali Coast als één van de mooiste plekken in Hawaii heeft de aantrekkelijkheid van het dorpje voor toeristen geen slecht gedaan, maar naast de winkels telt Hanalei slechts een paar missionariskerkjes die aardig zijn om te bezichtigen.

Nā Pali Coast

De Nā Pali Coast is inderdaad prachtig. Een kilometerslange kust met kliffen, inhammen en grotten. ‘Neem gerust veel foto’s,’ zeggen Don en Tyler, de bestuurder van de boot en zijn assistent, nog enthousiast aan het begin van de reis. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. De zee is nogal onstuimig, al verzekeren de twee crewleden dat het tijdens de ochtendtour nog veel erger was. Na een vaartocht van ongeveer twintig kilometer zijn de paar stranden die tussen de kliffen door te zien zijn volledig verlaten. Het enige wat je hoort is het klotsen van de zee en soms – in de verte – de herrie van een helikopter. Hier staat nog een snorkeltrip op het programma. Het aantal vissen valt tegen, maar elke paar minuten verschijnt een prachtige, grote zeeschildpad aan het oppervlakte om naar lucht te happen. Ze zijn misschien niet zo klein als die in Po’ipū, but this will do.

Nā Pali Coast op eiland Kauai op Hawaï

Nā Pali Coast heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over deze prachtige kust, klik dan op de knop:

Gele brandblussers

Ik kende ze nog niet, gele brandblussers. Op Kaua’i zijn ze alomtegenwoordig.

Een Schildpad bij Nā Pali Coast op eiland Kauai op Hawaï
Gele Brandblusser in Kauai

Het eiland Kauai heeft een eigen pagina gekregen. Als je meer informatie wilt over dit eiland, klik dan op de knop:

Mensen ontmoeten

Het leuke van reizen via hostels is de mensen die je onderweg ontmoet. Mensen met wie je een kamer deelt, je soms iets gaat ondernemen of in enkele gevallen meerdere dagen mee optrekt. Mensen waarmee je ervaringen uitwisselt over het reizen, of over heel andere zaken en die je daarna nooit meer zult zien. Ook dat is prettig. En, helemaal een voordeel, afgezien van de twee meisjes die ik in de Banana Bungalow op Maui trof en tegen alle niet-Nederlandse backpackers zeiden uit Amsterdam te komen (nee dames, jullie komen echt uit de sufkuttengemeenten Hoorn en Almere) heb ik geen Nederlandse toerist gezien. Een verademing.

Cast (in order of appearance)

Bobbyuit noord-Californië. Werkt in de televisiewereld en heeft een tijdlang in San Francisco gewoond. Is eigenlijk vervroegd met pensioen maar doet nog elk jaar ‘iets’ met de productie van de Emmy Awards. Toen ik vroeg wat dan precies deed ie vaag. Typisch Amerikaans; schijnbaar achteloze namedropping en indruk proberen te maken. Niettemin, Bobby is een reuze aardige gast, reist graag de wereld over, verkiest goedkope hostels boven dure hotels en resorts (‘ik hoef echt niet elke dag schoon beddengoed te krijgen en zo ontmoet ik makkelijk andere mensen’), is al zes keer in Amsterdam geweest en heeft telkens het verkeerde jaargetijde te pakken, ‘but I love that city.’ Ergert zich aan de wijze waarop Amerikaanse ouders hun kids verwennen. Of kinderen in Nederland ook zo als prinsjes en prinsesjes worden behandeld? Niet zo erg als in Amerika. Slaan wij onze kinderen dan nog? Nee, dat ook weer niet.

Steven en Tanya, uit North Dakota. Of, zoals ze zelf zeggen, ‘a small place, don’t know if you know it, it’s called North Dakota.’ Bescheiden Amerikanen, sympathiek. Onderwijzers, hij in het speciaal onderwijs, zij op een kleuterschool. Hij komt oorspronkelijk uit Minnesota, zij uit Washington (de staat). Ik zei enkel twee plaatsen in North Dakota te kennen: Bismarck (de hoofdstad) en Fargo (van de film). Ha, hun woonplaats Jamestown ligt er precies tussenin. (Ik loog hier, ik weet veel meer van North Dakota omdat het de enige race voor een Senaatszetel was die statistiekvirtuoos Nate Silver bij de Amerikaanse verkiezingen van 2012 verkeerd voorspelde, maar ik wilde een niet al te freaky indruk maken.) Zij wil alles weten over het Nederlandse schoolsysteem en rondt haar zinnen standaard af met ‘that’s neat.’ Ze ziet overal het positieve van in: het is maar goed dat die boomstam is omgevallen zodat we niet de Mamoa Falls konden bezoeken, want nu hebben ze mij ontmoet, dat idee.

Sandro, uit Berlijn. Vindt de film die ter introductie wordt vertoond aan het Arizona Memorial in Pearl Harbor je reinste propaganda. Ja, zielig van die duizend doden die aan Amerikaanse zijde zijn gevallen bij de aanval op Pearl Harbor, maar kan er ook niet even stilgestaan worden bij de honderdduizend doden van Hiroshima en Nagasaki? Ik geef ‘m maar gelijk. Het lijkt me onzinnig om tegen een Duitser over ‘hullie zijn begonnen’ te beginnen.

TJ, uit Haleiwa. Surfinstructeur. Ik ben al geen man van veel talenten, op sportgebied ben ik een compleet non-talent. Maar zelfs mij is het een paar keer gelukt om gedurende ongeveer tien seconden stabiel op een surfplank te blijven staan. Gaf me, toen het me als enige van mijn lesgroepje nog níet was gelukt om rechtop op de surfplank te staan, ongevraagd het beste advies van deze vakantie mee: ‘you’re doing fine, but you need to relax more!’

Robyn, uit Washington (de staat). Of nee, liever Canada. Want ze komt uit een stukje gebied dat eigenlijk Canadees was en ooit al dan niet legaal door de Amerikanen is opgeëist. Reist samen met haar kleinzoon Christopher naar Hilo op The Big Island. Op het vliegveld van Honolulu zit ze te wachten op haar met uren vertraagde vlucht, ik wacht op mijn eigen, eveneens uren vertraagde, vlucht. Vindt het zó bijzonder iemand uit Nederland te treffen dat ze tot twee keer toe tegen haar kleinzoon zegt: ‘this gentleman has come all the way from the Netherlands.’ De tweede keer kijkt hij verveeld op van z’n spelcomputer met een blik van ‘dat had je al gezegd.’ Topografisch lijkt ze me niet zo praktisch onderlegd; ze is ooit eens vanuit Stockholm via Oslo naar Italië gereisd. Komt niet meer bij van het lachen als ik haar vertel op zaterdagmorgen in Nederland te zijn vertrokken en nog dezelfde dag in Honolulu ben aangekomen.

Kyle, van The Big Island. Kamergenoot van de Banana Bungalow op Maui. Coole dude en lange bonenstaak die naar Oahu doorreist om les te geven aan kinderen uit Micronesië en Hawaii. Werkt voor een organisatie en had liever voor een grote stad gekozen: Chicago, Boston of New York. Toen kreeg ie The Big Island aangeboden en ach, waarom ook niet. Big City of Big Island, wat is het verschil? Vaste uitspraak: ‘yeah man, awesome!’ En dan meer uitgesproken als ‘yeaeah man! Aawesummmm!’ Of zoiets. Komt oorspronkelijk uit Utah en is dan ook uit te tekenen in z’n basketball jersey van de Utah Jazz en met een grote cowboyhoed, maar is niet mormoons. Komt omdat z’n geboorteplaats Park City de meest liberale stad van de staat is. Droomt ervan ooit eens naar de Marshalleilanden op vakantie te gaan. Origineel. En hij leest graag, zoals What The Dog Saw van Malcolm Gladwell. Als ik ‘m vraag waar het over gaat, zegt ie dat het ‘m niet echt kan boeien. Een dag later ligt het boek op mijn bed. ‘Hou maar.’

June, uit Maui. Werkt in de Banana Bungalow en neemt een groep gasten op zondagmiddag mee naar Little Beach, waar ‘clothing is optional.’ Dat wil zeggen: er loopt wat volk poedelnaakt rond en als de zon gaat zakken gaan die mensen in een kring staan trommelen waarbij allerlei natuurdansen worden uitgevoerd. Natuurlijk worden dit soort rituelen niet nuchter uitgevoerd, dus de joints en paddo’s zijn niet van de lucht. Tja, hippie-eiland he. Er is echter één man bij die vier uur lang (zolang duurt de volledige trommelcyclus) dezelfde beweging met z’n snikkel maakt. ‘We call him the helicopter man,’ legt ze proestend van het lachen uit. Ze is ‘m een paar weken geleden tegen gekomen in de supermarkt. ‘Ik herkende ‘m eerst niet met z’n kleren aan, maar toen zag ik het ineens: het was helicopter man!’

Julian, uit Duitsland. Andere kamergenoot in de Banana Bungalow. Hij zit heel de dag met z’n telefoon te spelen, danwel op de trap voor de voordeur van het hostel te skypen met het thuisfront. Geen enkele excursie gaat ie mee, liever blijft ie binnen rondhangen. Althans, hij gaat mee naar Little Beach en de Road to Hana. Dan blijkt pas wat z’n obsessie is: stranden, stranden en stranden. En dan het liefste in zoveel mogelijk verschillende kleuren: groen, zwart, rood; heel de reis heeft ie het over niets anders dan stranden. Hoe Duits.

Linda, uit Austin, Texas, ook uit de Banana Bungalow dat een soort centrale spilfunctie voor low- (of no-) budgetreizigers in Hawaii vormt. Austin, of zoals een medewerker van het hostel opmerkt, ‘het goede deel van Texas.’ Heeft, nu ze Hawaii bezoekt, haar rijtje volgemaakt: ze heeft alle Amerikaanse staten bezocht. Nee, ze kan niet zeggen welke staat ze het leukste vindt. Van de Dakotas tot hiken in Vermont: alles was leuk. Aan voorbereiding van haar reizen doet ze niet en daardoor lijkt ze regelmatig in zeven sloten tegelijk te vallen. Maar Linda groeit wel uit tot een terugkerend thema gedurende mijn reis. Een dag nadat ik in het hostel in Hilo op The Big Island ben ingecheckt kom ik haar daar tegen. Dat is nog gepland (gezien het beperkte aantal hostels op de eilanden zie je geregeld bekende gezichten), maar daar houdt het niet op. Weer een paar dagen later sta ik in de regen, gestrand met een fiets bij een bushalte in Captain Cook te wachten op een bus die niet lijkt te komen. Ineens stopt er een auto: ‘hey, I thought it was you!’ Het is Linda. Ze heeft een hotelletje in een uithoek van The Big Island geboekt en is nu op zoek naar Kailua-Kona. De fiets wordt in de achterbak van haar huurauto gemikt en of ik haar even de weg wil wijzen naar Kailua-Kona, twintig mijl verderop, om vervolgens te constateren dat mijn hostel toch echt wel beter is dan dat van haar. Maar als dank nodig ik haar uit om ‘s avonds samen iets te gaan eten.

Sorry Brian, ik had graag wat meer met je gepraat maar soms krijg je in korte tijd teveel informatie. Ik sloeg simpelweg dicht toen ik je vroeg waarom je in de bus van Hilo naar Kailua-Kona zat en ik als antwoord kreeg dat je per direct naar Nashville, Tennessee moest omdat je vrouw een echtscheiding had aangevraagd en al je rekeningen had geblokkeerd. Je moest maandag naar Seattle vliegen en van daaruit al liftend door naar Nashville. ‘It’s nasty,’ voegde je er voor de volledigheid aan toe. Toch snapte ik iets niet aan je verhaal. Want waarom vlieg je via Oakland naar Seattle? Als de enige maatschappij die vanuit Oakland op Hawaii vliegt een peperdure charter is? Elke andere rechtstreekse vlucht naar mainland U.S. was goedkoper geweest. Maar goed om te weten dat je een paar jaar in Mönchengladbach hebt gewoond en vrienden in Venlo had.

Greg, uit Oahu. Is door z’n werkgever gestationeerd in Kailua-Kona, maar het hotel wordt maar voor zes nachten vergoed. Het is een goed hotel maar duur, dus één keer per week verkast ie met al z’n spullen naar het hostel om geld uit te sparen. Spraakzaam is ie niet. Op mijn opmerking dat ik vorig jaar in Washington, D.C. ben geweest krijg ik als antwoord de vraag of ik daar wel of niet veel zwarten heb gezien. Nee he, waarschijnlijk niet. Want die zie je niet op The Mall, die zie je alleen in de buitenwijken, en daar komt niemand. Ah.

Don (of Tyler; zelf zeggen ze al dat ze altijd door elkaar worden gehaald), één van de twee crewleden tijdens de excursie naar de Napali Coast:
‘You Dutch don’t eat whale, do you?’
‘No, the Norwegians eat whale. And the Icelandic. And the Japanese.’
‘They get a lot of criticism for that.’
‘And rightly so.
But we Dutch only eat herring.’